“Pranaaaaa! Sun! Light! Peace! Happiness! Bliss!” - Reisverslag uit Rishīkesh, India van Nadia Huijzer - WaarBenJij.nu “Pranaaaaa! Sun! Light! Peace! Happiness! Bliss!” - Reisverslag uit Rishīkesh, India van Nadia Huijzer - WaarBenJij.nu

“Pranaaaaa! Sun! Light! Peace! Happiness! Bliss!”

Door: Nadia

Blijf op de hoogte en volg Nadia

18 September 2016 | India, Rishīkesh

‘Anand Prakash yoga ashram is on a headland above the banks of the Ganga, where the wind and all the prana carried from the Himalayas invigorate the area. […] This is a drama-free ashram. Please leave your ego at the door.’

Met deze tekst werd ik verwelkomd in de ashram waar ik 11 dagen zou verblijven ;-) Ik voelde me meteen op m’n plek.

Mijn 2-persoonskamer bleek een aangename verrassing te zijn. Het matras was zowaar +/- zeven cm dik – en dat terwijl ik een Vipassana-achtig matras van één cm had verwacht. De badkamer was schoon en er was zelfs warm (a.k.a. lauw) water. Er hing een goedwerkende fan aan het plafond. Jeetje! Hier zou ik maandenlang kunnen vertoeven!

De grote yogahal bleek prachtig te zijn, lekker licht, en overal stonden beelden en kaarsen. Op de muur stonden allerlei mantra’s geschreven. Ook de bieb bleek fantastisch te zijn! Hier lag een fortuin aan kennis! Op dat moment was ik nog een ander boek aan het lezen (Jonathan Livingston Zeemeeuw, een echte aanrader overigens), maar ik nam vast de Yoga Sutra’s van Patanjali mee. Voor later deze week.

Ineens hoorde ik een harde bel. Huh? Is het nu al lunchtijd? Dat bleek het geval te zijn. Ik liep naar beneden en zag toen pas hoeveel mensen er in de ashram verbleven. Iedereen pakte een metalen bord (zo’n grote, met vier vakjes), een bakje en een lepel. Haha, dit land past zelfs wat bestek betreft bij mij: thuis word ik regelmatig uitgelachen omdat ik nooit met vork en mes eet, enkel met een lepel :P We liepen de eethal binnen. Daar zag ik allemaal poppentafeltjes staan! Wat cute! Iedereen nam in kleermakerszit plaats op de grond en schoof zo’n tafeltje voor zich. Toen iedereen klaarzat, kwam het personeel uit de keuken gelopen met ieder een metalen emmer in hun handen. Ik kreeg rijst, roti, dal en een groentegerecht op mijn bord geschept. Zodra iedereen een gevuld bord had, zette iedereen de handen in namaskar-positie en begon te zingen:

Brahmarpanam Brahma Havir
Brahmagnau Brahmanaahutam
Brahmaiva Tena Ghantavyam
Brahmakarma Samadhina
Om shanti shanti shanti

Heeeeeeey! Deze ken ik! Het is de mantra die we zongen bij Yoga Maya, vlak voordat we aan de avondmaaltijd begonnen. De mantra werd wel op een hele andere manier gezongen, dus het duurde even voordat ik ‘m herkende ;-)

Toen ik na de lunch even op mijn bed aan het lezen was in het informatieboekje dat ik had gekregen, ging de deur open: een nieuwe kamergenoot. Het bleek een Nederlandse vrouw te zijn, Caroline. Zij kwam net uit Delhi, zij was juist op het begin van haar reis. Haha, ik kan me nog goed herinneren dat toen ze ging douchen, ze ineens keihard gilde ;-) Er bleek een gecko op de muur van de badkamer rond te lopen. Hahahha! Die had ze nog nooit gezien. Ik dacht meteen terug aan mijn tijd bij de school in Cambodja. Daar had ik vijf weken lang in een minuscuul kamertje geslapen waar iedere nacht wel zo’n twintig gecko’s rondliepen op de muren!!!!

In het boekje zag ik het dagelijkse rooster staan. Deze was een stuk (!!!!) minder streng dan de Vipassana-cursus die ik vorig jaar in Myanmar volgde (zie blog). Dat vond ik eerlijk gezegd wel een prettig vooruitzicht.

5:00-5:45 individual meditation
6:00-7:45 yoga class
8:00 agnihotra (fire puja)
8:30-9:00 breakfast
12:30 lunch
13:00-14:00 library open
16:00-17:45 yoga class
18:00 dinner
19:00-20:00 kirtan / library open
21:00 silence until after breakfast

Woooohoo! Time for some inner housekeeping!

YOGA EN MEDITATIE

De yogalessen werden gegeven door twee Indiërs: Vandana (spreek uit: Wándana) en Madhav. Vandana verzorgde de ochtendlessen. Meestal lieten de weergoden het toe dat de sessie op het dakterras plaatsvond. Dan was het altijd een magisch moment zodra de zon haar licht weer boven de bergtoppen liet schijnen. ‘Pranaaaa!’ riep Vandana dan vrolijk, ‘Feeeeel the prana in your body, in the sky, in the cosmos. Feel the sun! Feel light! Feel peace! Feel happiness! Feel bliss!’ Zo startten we iedere ochtend met een brede glimlach op ons gezicht.

Madhav verzorgde de middaglessen. Zijn lessen bestonden vooral uit hard inspannen en hard ontspannen. ‘First listen to your body, and then, listen to me,’ zei hij altijd vriendelijk voordat de les begon. Die uitspraak probeerde ik altijd zo goed mogelijk bij me te houden gedurende de hele yogales. Dat ‘luisteren naar je lichaam’ vind ik toch nog steeds best wel moeilijk. ‘Ik ben sterker dan mijn lichaam,’ zegt mijn ego nog regelmatig. Tsja, en die moesten we nu juist bij de deur achterlaten ;-) Waar ligt nu precies de scheidingslijn tussen sterke wilskracht en brute wilskracht? Ik ben er nog steeds niet helemaal achter.

Op een van de laatste dagen kreeg ik een ingeving die (denk ik) wel heel waardevol is geweest: ik zou zomaar meer kunnen leren van mínder diep een pose ingaan dan dat ik zou leren van het díeper ingaan van een pose. Daarmee heb ik de afgelopen tijd geëxperimenteerd en daar zal ik voorlopig nog wel even mee blijven experimenteren.

Betreffende meditatie: van ons werd verwacht dat we op individuele basis oefenden. Zelf mediteerde ik ’s ochtends ofwel op het dakterras ofwel in de grote yogahal. Soms regende het keihard. Het was heerlijk om dan in de yogahal in een meditatiesessie ‘verzonken’ te zijn en het hevige regengeluid aan te horen – in alle volledigheid.

Het bijwonen van de dagelijkse fire puja was heel verrijkend! Er wordt tijdens zo’n ritueel een vuur aangemaakt, en daar gaat iedereen omheen zitten. Gedurende zo’n 30 minuten worden er bhajans (liederen) gezongen en houtsnippers/ghee geofferd. Het doel van het ritueel is om de obstakels naar verlichting te elimineren. Het purificeert; verwijdert negatieve gedachtepatronen en illusies. Bovendien bevordert het ritueel het vuur-element in ons, waardoor de spijsvertering op gang gebracht wordt. En dat komt mooi uit, want na de fire puja stond het ontbijt op het rooster!

KIRTAN

Zoals jullie in het rooster kunnen zien, was het om 19:00 tijd voor kirtan! Ik ben een waanzinnige fan van kirtan :P In Nederland ga ik ook iedere maand naar kirtansessies. Oké, leuk Nadia, maar wat is dat nu precies? Nou, eigenlijk ga je gewoon zingen met elkaar – mantra’s zoals ‘Shiva Shambo’ en ‘Hare Krishna’. En dat doe je onder begeleiding van instrumenten! Ik kan werkelijk helemaal euforisch worden tijdens deze bijeenkomsten. Het is zo krankzinnig krachtig!

Vlak voordat de tweede kirtansessie van start ging, kwam Madhav erachter dat ik harmonium speel. Hij verzocht me toen vriendelijk om de eerste twee mantra’s te begeleiden! WAAAAH, wat COOL! Oké Nadia, adem in, adem uit. Daar gingen we: het melodieuze geluid van het harmonium plus mijn zangstem. De rest zou een voor een aansluiten. Hmm, nu moet ik zeggen dat ik thuis nogal bekend sta om mijn lelijke zangstem (en dat is een understatement :P), en daarom was ik niet al te zelfverzekerd over dat gedeelte :P Maar (!) achteraf liepen er allemaal mede-ashrammers naar me toe om te zeggen hoe mooi ze het hadden gevonden. Huh? Uit ongemakkelijkheid schoot ik in de lach. Daarna kwam Madhav naar me toe, hij gaf me een dikke knuffel! ‘Very deep, beautiful voice,’ zei hij, ‘Next time, we play together again’. Ik snapte er niks van :P Mijn stem? Wat ik in ieder geval wél kon erkennen was dat we samen een behoorlijk cool muziekstuk neergezet hadden. Madhav bespeelt de tabla, een slaginstrument, echt superknap. Ja, en jeetje, zijn zangstem...... Is gewoon.... Out of this world...... Het klinkt alsof hij direct in contact staat met datgene waar we geen woorden voor hebben.

Vanaf dag drie ben ik iedere ochtend op het harmonium gaan oefenen. En uiteindelijk ben ik sommige mede-ashrammers zelfs muziekles gaan geven! Haha, en wat er op een avond gebeurde was bizar: ik was op eigen gelegenheid gaan spelen in de muziekhal, en binnen de kortste tijd was ik omringd met mensen die ook een instrument hadden gepakt en mee begonnen te zingen! Achteraf zeiden een aantal nieuwe ashrammers dat ze dachten dat dit de officiële ashram-kirtansessie was! Hahaha! Vet geinig.

MEDE-ASHRAMMERS

Totdat ik bij de ashram aangekomen was, had ik in India natuurlijk al heel wat mensen ontmoet, zowel Indiërs als westerlingen. Met behoorlijk wat Indiërs deelde ik een spirituele interesse – zoals bij Anu, Pawan en Ram – maar bij westerlingen was die over het algemeen ver te zoeken. In de ashram was dat anders! Logisch natuurlijk. Daar waar die Engelse jongens me nog voor ‘complete idiot’ uitmaakten zodra ik ook maar íets over de kosmos zei, leerde ik in de ashram mensen kennen die naar een bestaan als breatharian aan het werken waren ;-) Breatharians voeden zich uitsluitend met prana (levensenergie), en nemen dus geen voeding tot zich. ‘Food actually kills us,’ zei een Amerikaanse man tegen me. Ineens voelde ik me helemaal niet meer zo’n weirdo ;-) Hier werd ik omgeven door allemaal mensen die de wereld toch een beetje.... tsja.... ‘anders’ zien.

Ik heb drie hele fijne meiden/vrouwen leren kennen: Tara (24, UK), Mara (23, Duitsland) en Marina (45, Italië, woonachtig in Bali). Vooral met Marina was er iets boeiends aan de hand. Toen we elkaar voor het eerst in de ogen keken had ik het gevoel dat ik haar al kende. Op de tweede dag ging ik tijdens de lunch naast haar zitten. ‘I have been praying for you to come here,’ zei ze toen zachtjes, ‘I knew we would meet.’ Euh? Wow? We raakten aan de praat. Ze wist dat mijn sterrebeeld Weegschaal was. Ze wist dat ik harmonium speel. Ze zei dat ze mij ook al kende voordat we elkaar in de ashram hadden leren kennen.

De volgende ochtend gaf ik harmoniumles aan Marina. Na verloop van tijd lukte het haar om wat akkoorden te spelen en er wat bij te zingen. Marina heeft een hele hoge stem! Veel hoger dan ik ;-) Dus het zorgde voor een aantal nogal hilarische scènes. Vanaf die ochtend hebben we iedere dag met elkaar geoefend. En gepraat. Toen we elkaar uiteindelijk op Facebook toegevoegd hadden, scrollde ik door haar schilderwerk heen – in Bali werkt ze als kunstenares. Ik wist niet wat ik zag toen ik het schilderij zag dat ze als laatste gepost had. In het centrum zat een naakte vrouw in meditatiehouding, met haar handen in haar schoot. Haar buik was gevuld met energie (draaiende lijnen). Links van haar was een raaf geschilderd; rechts van haar was een wolf geschilderd. Ik werd er stil van. Dit zijn precies de twee dieren waar ik ‘iets speciaals’ mee heb. Ik droom mijn hele leven al over raven en wolven. En ik zoek regelmatig op Google Images naar beide dieren, gewoon om ze even te zien. Ik liep naar Marina toe om mijn ontdekking met haar te overleggen. ‘I told you I was waiting for you,’ zei ze met een glimlach. Jeetje.

Vanaf dag zes zou Jan (29) – een jongen uit Volendam die ik in Manali had leren kennen – voor drie dagen in de ashram verblijven. Ondertussen was Caroline (mijn kamergenoot) weer gaan doorreizen, dus er was plek vrijgekomen in mijn kamer. Ik had tegen de ashram office gezegd dat Jan m'n “boyfriend” was, waardoor hij gewoon bij mij in de kamer geplaatst mocht worden. Haha, liegen in een ashram! Nadia toch!

En ja hoor, op dag zes zat Jan ineens bij het ontbijt. We mochten natuurlijk (nog) niet praten, dus we gaven elkaar een glimlach en aten rustig ons onbijt op. Toen we eenmaal buiten de eethal waren gaven we elkaar een knuffel. Ik vond het echt leuk dat hij er was. We hadden eigenlijk nog helemaal niet zoveel tijd met elkaar doorgebracht (slechts één diner, en dat was ook samen met Jonty, Nino en Kenzie), maar toch wist ik al wel dat het moest gaan klikken. Wat mij betreft bleek dat inderdaad het geval te zijn. Na het ontbijt gingen we samen met Marina muziek maken. Jan is heeeel muzikaal. Hij kan heel goed gitaar spelen. En als hij zingt... klinkt hij gewoon als... de Ziel van de Aarde?

We hadden die middag wat rondgekeken op de markt. Ik had o.a. een chakra mala gekocht (een specifieke ketting met de zeven chakra-kleuren), en sandalwood. Die sandalwood brandden we ’s avonds in onze kamer. Binnen een mum van tijd stond de hele kamer blank, haha. Als ik vandaag de dag m’n sandalwood laat branden, word ik meteen teruggebracht naar dat moment in India.

Toen ik de volgende ochtend klaarzat voor de yogales, was Jan nergens te bekennen. Huh? Heeft hij zich verslapen? Nou ja, ik zal er straks wel achterkomen. Nadat de fire puja was afgelopen liep ik naar de slaapkamer. Huh? Jan z’n spullen zijn verdwenen? Hè? Ik snapte er niks van. Heb ik wat raars gezegd in m’n slaap? :P Ik besloot m’n mobiel aan te sluiten op de wifi om te vragen of alles wel oké was. Even later kreeg ik bericht terug: hij bleek hartstikke ziek te zijn en had besloten om even écht uit te zieken in een hotel om de hoek. Wat sneu! Hij was juist zo enthousiast over z'n tijd in de ashram. Ik wou dat ik hem kon helpen (!), maar dat kon nu eenmaal niet. Een dag later kwam hij z’n laatste spullen halen en gaven we elkaar een knuffel. Hij moest de bus naar Delhi gaan pakken, omdat zijn vlucht (naar huis) twee dagen later gepland stond.

Omdat Jan nu weer weg was, kreeg ik al snel een nieuwe kamergenoot toegewezen: Katja uit Duitsland. Wat een figuur was dit ;-) Na ons eerste gesprek kreeg ik een beetje de kriebels van haar, haha. Ze was paranoïde over alles. Paranoïde over de gevaren van dengue. Paranoïde over de veiligheid van de maaltijden die ons voorgeschoteld werden. Paranoïde over de kwaliteit van de bewaking aan de poort. Paranoïde over het leven. Pff, ik kan dat soort gedrag best wel een beetje vermoeiend vinden :P Gelukkig zouden we slechts drie dagen kamergenoten zijn.

HET LEVEN BUITEN DE ASHRAM

In tegenstelling tot de Vipassana-cursus in Myanmar en mijn tijd bij de yogaschool in Cambodja, mochten we hier gewoon de poorten uit (als er geen les was tenminste). Ik heb iedere dag geprobeerd om een goede balans te vinden tussen enerzijds tijd besteden aan m’n eigen sadhana (beoefening), en anderzijds om wat tijd buiten door te brengen. Dat lukte redelijk goed! Ik ben onder andere naar de Sivananda ashram en de Niketan Parmath ashram gewandeld, dat zijn de twee grootste ashrams in Rishikesh. Met name Niketan Parmath was belaaaaden met ‘good vibrations,’ de Sivananda ashram beduidend minder. Ik liep vrolijk weer terug naar huis: wat was ik toch blij met de kleinschalige ashram waar ik verbleef :-) Op straat kocht ik een portie pakora, dat is een snack die gemaakt wordt van aardappel en kruiden. Volgens het strenge ‘yogic diet’ dient de yogi geen pittige kruiden te eten, en bijvoorbeeld ook geen ui en knoflook. In de ashram kregen we dit soort voeding dus niet voorgeschoteld. Maar ik miste het een beetje?! Dat ik de pakora kocht, voelde alsof ik als een klein kind een snoepje uit de snoeptrommel pikte, haha.

Op een ochtend besloot Vandana (de yogadocente van de ochtendlessen) ons mee te nemen naar een waterval in de bergen, de Neer waterval. Het was een wandeling van 1,5 uur. Toen we eenmaal aankwamen sprongen we snel het water in. Met kleding en al, want als vrouw kun je het in India niet maken om in je bikini te gaan zwemmen. Ah, so refreshing! Op de terugweg begonnen de zolen van m’n bergschoenen (wéér!) los te laten. Kijk, dacht ik bij mezelf, wat nou als ik wél op die lange tocht in het noorden was gegaan, dan waren m’n schoenen binnen één dag stuk geweest en dan had ik vijf dagen met slechte schoenen moeten lopen. Alles gebeurt met een reden, óók een nare verrekking van een spier (zie vorige blog).

Waar ik veeeeeel tijd heb doorgebracht, is bij een winkeltje dat Scorpion Handicrafts heette. Twee superlieve mensen werkten hier: Alok (de eigenaar) en Usha (een 20-jarige meid). Iedere keer als ik binnen kwam lopen zag ik een lach van oor tot oor op beide gezichten verschijnen. Dan regelden ze chai en gingen we op de grond zitten. ‘Are you the boss?’ had ik de eerste keer aan Alok gevraagd. ‘No, miss,’ antwoordde hij vriendelijk, ‘God is the boss! :-)’ Haha.

Dit is de plek waar ik een sari gekocht heb! Usha had me op dat moment omgetoverd tot een ware Indiase prinses, haha :P Ik kreeg een bindi op m’n voorhoofd geplakt en ze bracht henna op mijn armen en handen aan. Toen ik vroeg hoe ze normaal gesproken aan haar ontwerpen komt, zei ze overtuigend: ‘Ah, Nadia, that is all design from God! :-)’ Ik kwam erachter dat ze zeven dagen per week werkte, zonder vakantiedagen. Het is wat. We raakten ook aan de praat over het huwelijk. Daar was ze best wel sip over: ‘Girls like me don’t get married.’ Ach :-(

Op een gegeven moment begon ik ook Mara en Tara mee te nemen. Zij waren wel benieuwd waar ik zoveel van m’n vrije uurtjes aan het doorbrengen was. Ook zij raakten plotsklaps verliefd op deze winkel en Alok en Usha. We dronken samen chai, praatten erop los en keken rond in de winkel. Tara kocht een mooie tas en Mara kocht een tuniek. Alles in deze winkel was zo kleurrijk! In India is de manier van kleden überhaupt 80 keer kleurrijker dan in westerse landen. Ik ga me in Nederland echt kleurrijker kleden vanaf nu. Het is gewoon zo gezellig? In Nederland wordt vaak gedacht in termen van (bijvoorbeeld): ‘paars kan ééééécht niet met oranje,’ maar ik vraag me oprecht af: waarom kan dat niet? Dat heb ik eerlijk gezegd nooit helemaal begrepen. Alles kan in principe? Toch?

Aangezien ik na m’n verblijf in de ashram toch bijna naar huis zou gaan (en niet meer veel met m’n tas zou rondzeulen) was dít de plek om mooie dingen te kopen. Ik kocht een natuurlijke face wash van honing en melk, vier hele kleurrijke tunieken, een tas voor m’n yogamat, een gele schoudertas, een lange rok, een (London Topaz) ring en een stel bindi’s. Die ring wordt in Frankrijk voor 55 EUR verkocht; ik kreeg ‘m voor 8 EUR. Bizar! De ring heeft twee blauwe steentjes en wordt “moi et toi” genoemd – dat vind ik pas een mooie naam. Ja, en die bindi’s! Ik wou dat ik ze in Nederland ook gewoon kon dragen! Eigenlijk kan dat ook gewoon natuurlijk ;-)

Ennnnnnnn ik kocht nog meer! Ik wilde namelijk graag wat spullen meenemen voor Marie-José en Nathaly – zij gaan midden oktober een yogaschool (onder mijn huis) openen (zie www.namastebodymind.nl)! HOE EXCITING?!? AAAAH!!!!! En!!!!! Nog cooler!!!! Ze hebben me gevraagd of ik bij hen wil komen werken. Uh, nou, dat hoef je me geen twee keer te vragen. SUPERGRAAG!!!!!!!!!!!!! Nou, in deze winkel kon ik vast een aantal mooie dingen voor in de yogaschool scoren. Ik kocht een groen/oranje wall hanging (met mandala ontwerp), twee kussenslopen en een cd met mantramuziek. O ja, en ook nog twee Shiva mala’s (voor good luck ;-)).

Op mijn laatste dag had Madhav (de yogadocent van de middaglessen) me gevraagd of ik met hem wilde ontbijten buiten de ashram. Wauw, wat cool? Waarom vraagt ie mij nou mee? Het maakte niet uit; ik wilde graag mee. Hij pikte me op met zijn motor en we reden over de grote brug naar de andere kant van de rivier. Daar namen we plaats aan een tafeltje. Hij had al begrepen wat mijn lievelingsontbijt was: parantha paneer en parantha gobhi met curd. Parantha’s zijn een soort pannenkoeken ;-), maar dan zonder melk en ei. Paneer is Indiase kaas, en gobhi is bloemkool. Curd is yoghurt. Zo, dan mogen jullie zelf een voorstelling van dat maaltje maken ;-) Madhav zei dat hij altijd moet lachen als hij mee eet in de ashram: ‘You western people eat so little! Only two chapati? Only one big spoon of rice? We sometimes eat ten chapati!’ Haaaa bizar! Op zich logisch dat zo’n groot deel van de Indiase bevolking overgewicht heeft...

Madhav is een fijne man, hij straalt heel veel rust, tevredenheid en blijdschap uit. Hij deed me aan mijn yogaleraar in Nederland denken (Pieter). Toen we uitgegeten waren, vroeg ik of hij dichtbij woonde. ‘Yes, very close,’ zei hij, ‘I can show you!’ Oké? Cool? Na het tafereel in Manali (zie vorige blog) zou ik nooit meer in m’n eentje met een Indiase man meegegaan zijn, maar voor Madhav maakte ik echt een uitzondering. Madhav is een yogi! Dat kan toch niet misgaan?

Hij bleek een mooi, ruimtelijk en schoon appartementje te hebben, dat uitzicht bood over de bergen en Ma Ganga. ‘Very strong vibrations here,’ zei hij, terwijl we samen de verte inkeken. Terwijl ik uiteindelijk plaatsnam op de bank, maakte Madhav thee klaar. Ik pakte een boek van de tafel: de Bhagavad Gita. Dit is een zeer belangrijk boek binnen het Hindoeïsme en het wordt tevens gezien als het lijfboek van de Yoga. Wat een heerlijke teksten stonden hierin. Lekker diep :P Er stond een stuk in over zorgen maken. Mensen maken zich zo vaak zo compleet onnodig zorgen. Madhav had een zeer rake uitspraak: ‘Worrying is praying for what you don’t want.’ En zo is het maar net. We zijn onze eigen creators. Ook spraken we over ahimsa – één van de yamas. Ahimsa betekent vrij vertaald zoiets als ‘geweldloosheid’. Op een hele subtiele manier liet hij weten dat we niet alleen geweldloos richting andere levende wezens/mechanismen moeten zijn, maar óók richting onszelf. Ahimsa.

Even later raakten we aan de praat over Ayurveda. Ik had even een ahá-momentje: veda betekent (natuurlijk) kennis, en ayur betekent leven...... KENNIS VAN HET LEVEN! Madhav vertelde dat hij zich liever laat inspireren door Ayurveda, dan puur door de strenge Yoga-geschriften. De Yoga-geschriften adviseren sterk om bijvoorbeeld geen vlees, geen ui, geen geen hete kruiden, etc. te nuttigen. Maar Madhav zag het allemaal iets anders. ‘If you eat the food, then reeeaaally taste it!’ zei hij enthousiast. ‘Taste the food with full awareness and feeeeeel what it does to your body, to your soul. How does it feeeeel?’ Madhav was ervan overtuigd dat voeding voor ieder lichaam anders werkt, en dat we dus niet één richtlijn aan kunnen houden voor íedereen (zoals in de Yoga-geschriften).

Binnen de Ayurveda kunnen mensen in drie types (dosha’s) onderverdeeld worden: kapha, vata en pitta. Deze onderverdeling wordt gemaakt aan de hand van iemands lichaamskenmerken en iemands karaktereigenschappen. Vaak zijn mensen een combinatie van twee. Voor iedere dosha worden er vanuit de Ayurveda bepaalde dingen aan- en afgeraden. Zo zou het voor vata-types goed zijn om aan dans en tai-chi te doen, terwijl het voor pitta-types beter is om zich met competitieve sporten bezig te houden. En wat voeding betreft: voor kapha-types is het bijvoorbeeld belangrijk om wél wat vlees te eten, en aan vata-types wordt aangeraden om wél ui en knoflook te eten. Op deze manier zou de overheersende dosha gebalanceerd worden met de andere twee dosha’s. Ik vind het superinteressant. Zelf ben ik natuurlijk al vanaf m’n zevende vegetariër – iets waar ik nooit problemen mee ondervonden heb. En ja hoor, inderdaad, ik ben geen kapha-type, dus vanuit de Ayurveda valt dat ook weer helemaal op z’n plek ;-)

Toen ik op de klok keek was het al 13:00. Ik had de lunch in de ashram gemist. Nou ja, op zo’n zwaar ontbijt kon ik nog wel teren tot het diner zich aandiende. Ik vroeg of Madhav me weer wilde afzetten bij de ashram. Ik wilde graag naar het internetcafé om m’n eerste blog te schrijven en online te zetten. Dat vond hij heel jammer, haha, maar hij deed het wel.

WEER VOORBEREIDEN OP NEDERLAND...

Na m’n allerlaatste middagles, die Madhav zelf gaf, liep hij weer naar me toe: of ik met hem mee wilde naar een aarti (een vuurritueel) aan de Ganges. Daarna zou hij me weer mee uit eten nemen. Ik twijfelde. Als dit niet mijn laatste dag was geweest had ik absoluut ja gezegd, maar ik wilde ook nog wel wat tijd doorbrengen met Tara en Mara? En ik had nog tijd nodig om mijn tas in te pakken? Nee, het is geen slim idee. Ik bedankte hem voor alles; daarna gaven we elkaar een knuffel. Samen met Mara en Tara nuttigde ik m’n laatste diner in de ashram.

Daarna was het tijd om in te pakken, op naar m’n kamer dus! Ik keek langzaam om me heen en grinnikte. Er lag extreem veel zooi overal in m’n kamer: wierook hier, tekeningen daar, tunieken hier, boeken daar... Waar moest ik in godsnaam beginnen? Waar ga ik dit in godsnaam allemaal laten? Toch nam ik zo’n drie kwartier later met enige trots afstand van mijn tas: ik had de rits zowaar dicht gekregen :P

Ik zei gedag tegen Mara, Tara, Patrick, Katja en Marina. Marina zei dat ze me graag had willen adopteren, haha, en ze zei dat ik welkom was in Ubud (Bali), anytime. Toen was het toch echt tijd om te gaan. Met een brok in m’n keel zwaaide ik m’n tas op m’n rug. Jezus wat een gewicht :P Ik liep door de poort naar buiten; daar stond Alok (de eigenaar van Scorpion Handicrafts) op me te wachten. Hij stond erop dat hij me een lift naar het busstation zou geven. Haha, oké dan. Onderweg gaf hij me een cadeautje, netjes ingepakt in een gouden zakje. Het bleek een paarsblauwe malaketting te zijn. ‘The mala necklace gives you energy of vibration,’ zei hij. Ik kreeg tranen in m’n ogen. Oh men, ik moet India helemaal nog niet verlaten… :-(

Nadat we elkaar drie (!) knuffels hadden gegeven liep ik naar de bus toe. ‘Vertraging,’ hoorde ik zodra ik instapte. Nice, we zijn nog steeds in India :-) De bus was zeer krakkemikkig. Maar weet je? Dat maakt me oprecht helemaal niets uit. Je kunt mij eigenlijk in zoveel ongemakkelijke situaties en/of locaties kwijt. Het boeit me niet? Trouwens, best wel grappig om te bedenken dat een busrit van acht uur tegenwoordig niks meer voorstelt: ik staar gewoon wel lekker wat naar buiten en laat me door m’n fantasie vermaken. Vroeger keek ik al op tegen een autorit van twee uur.

De volgende ochtend kwam ik rond vijven in Delhi aan. O ja, zo ruikt Delhi. Deze stad schijnt de meest vervuilde stad van de wereld te zijn – iets waar ik geen seconde aan twijfel. Volgende keer ga ik hier mondkapjes uitdelen. Die dragen ze in Zuidoost-Azië allemaal, maar hier niet. Een stel tuktuk-drivers kwam in een cirkel om me heen staan: ‘Miss, miss, hotel?’ schreeuwden ze. Toen ik aangaf waar ik naartoe wilde gaven ze een prijs: ‘650 rupees, miss.’ Haha, dàààààg. ‘That is just one big joke, mate,’ zei ik grinnikend. Na vijf minuten had ik een redelijke prijs gekregen: 200 rupees. Yeah, ik word er steeds beter in.

Eenmaal in m’n hostel aangekomen, besloot ik om dit gebouw als beschermende cocon te gebruiken. Ik kom het hostel niet uit vandaag! In de gemeenschappelijke ruimte stonden drie computers tot de beschikking. Nice. Hyperfocus AAN! Tussen 6:00-16:00 heb ik aan een stuk door m’n eerste blogs geschreven. Dit zijn de effecten van de intensieve yoga-beoefening in de ashram. Je wordt er zo effectief van. You do your duty! En zelfs om 16:00 voelde ik me – terwijl ik slechts twee uurtjes had geslapen in de bus én tien uur achter elkaar op een computer had zitten typen – nog steeds fit. Yoga.

In de kamer waar ik zou slapen was het een gore puinzooi: overal lagen lege alcoholflessen, gore zweetkleren, etc. Er sliep (/woonde!) een stel Egyptenaren in deze kamer. Ze hadden me na m’n computersessie gevraagd ‘if I was up for a party tonight,’ maarrreee, dat was oprecht het laatste waar ik behoefte aan had :P Poeh, dit was echt een groot contrast met de ashram. Op dat moment besefte ik me ook dat ik zes (!) dagen later op Decibel zou staan – en niet één dag, maar drie (!) dagen achter elkaar. Daar zat een reversed culture shock aan te komen, dacht ik.

Ik had honger. Maar! Ik wilde het hostel echt niet uit. Wat doe je dan? Thuisbezorgd :D Ik liep naar de balie van het hostel om de telefoon te gebruiken en raakte daar aan de praat met een van de medewekers. ‘Awesome’ noemde hij zichzelf. Hahaha, awesome. We hadden veel lol. En hoewel ik helemaal niets aankaartte over mijn kamer, zei hij uiteindelijk ineens dat hij een gratis upgrade voor me zou regelen :P Door hem sliep ik niet meer in een 8-bed mixed dorm zonder airconditioning, maar in een 4-bed female dorm met airconditioning. Awesome deed zijn naam eer aan ;-) Toen ik eindelijk had besloten wat ik wilde eten belde ik een restaurantje op. Ik bestelde een mix veg curry, paneer tikka masala en roti. Ik kon niet kiezen – dan maar allebei :P Het was een heerlijk laatste maaltje.

Ik wilde vroeg naar bed. Dus om acht uur nam ik een warme (!) douche en maakte ik me klaar om te gaan slapen. Ik trok de dikke deken over me heen. Wat een goddelijke temperatuur had deze kamer. Toen ik mijn mobiel erbij pakte zag ik een bericht van Alok: ‘Hi dear sweet princess, thank you for giving me good energy. Angel, when I see you, I’m always happy. I wish you stay longer here. Good night, sweet dream, sleep well, spicy night hug, miss you.’

De volgende ochtend ging mijn wekker om 7:00. Vandaag zou ik om 11:00 het land uitvliegen. Ik kon er niet bij met mijn hoofd. Weet je? Eigenlijk is het vliegtuig een verkeerd vervoersmiddel, tenminste, zo zie ik het. Je wordt vanuit de ene wereld plotsklaps in de andere wereld neergezet. Je hebt helemaal geen geleidelijke overgang? Toen ik in de spiegel keek stonden m’n ogen op afwezig. Ik was hier helemaal nog niet klaar voor. Zo levendig als dat ik me de afgelopen weken had gevoeld, zo leeg voelde ik me nu.

Toen ik klaar was voor vertrek keek ik nog een laatste keer op mijn mobiel. Allemaal berichten van iedereen uit Nederland: ze wensten me een goede reis toe. Best grappig. Zo’n vliegreis is namelijk echt peanuts (zeer comfortabel) vergeleken met die 21-uur durende Indiase treinritjes. Maar het is goed bedoeld natuurlijk ;-) Ook had ik weer een bericht van Alok: ‘Good morning dear sweet angel, you know, for me you are still in Rishikesh. Your sweet memories are still here in my shop. Your fragrance is still my shop's textile. The time I spent with you is still very safe deep in my heart. Really you are in my soul. Whenever I close my eyes your face comes to me. Please come back next year.’

Ik sleurde m’n tas weer op m’n rug en liep naar beneden. Ik zag dat de rits van m’n kleine tas kapotgegaan was. Wat dat betreft ging ik dus precies op tijd naar huis ;-) Eigenlijk heeft alles altijd de juiste timing natuurlijk – hoe anders dat ook mag aanvoelen. Ik pakte snel nog even een mok om wat water te drinken. Door een onhandige actie liet ik die vervolgens vallen. De scherven lagen overal op de grond. Awesome zag het gebeuren. ‘That means good luck, :-)’ zei hij. Ik glimlachte. Zo is het maar net :-)

Toen ik bij de incheck-balie op het vliegveld aankwam deed ik een bizarre ontdekking. Daar waar mijn tas op de heenreis nog twaalf kilo had gewogen, woog ie nu 24,4 kilo! Haahahha! Wat erg! Twee keer zoveel! Ik liep door de douane heen. Ging ik echt dat vliegtuig instappen? Ja. Even later zat ik namelijk in het vliegtuig. Ik zette Shiva Shambo op. Volume: keihard. Ik liet Shiva op een diepe laag op me inwerken. De motoren werden aangezet. Ik zou spoedig niet meer in India zijn. Tijdens het opstijgen voelde ik zachtjes wat tranen over m’n wangen rollen. Wat voelde ik me leeg. Wat voelde dit moment onwerkelijk. Wat voelde ik me ineens ver verwijderd van m'n Legende. India was thuiskomen geweest.

Tot volgend jaar, India... Tot volgend jaar...

  • 19 September 2016 - 11:56

    Mirjam:

    Ach lieffie, wat een emoties toch!! Hou maar gewoon vast aan het idee dat India er volgend jaar ook nog is....heb ik je ooit vertelt dat ik India een mooie meisjesnaam vind?

    xMammma

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Nadia

Actief sinds 28 Juni 2014
Verslag gelezen: 789
Totaal aantal bezoekers 38188

Voorgaande reizen:

30 Juni 2014 - 30 Juni 2015

Wereldreis

Landen bezocht: