Mother Earth, welcome my roots into your heart. - Reisverslag uit Rishīkesh, India van Nadia Huijzer - WaarBenJij.nu Mother Earth, welcome my roots into your heart. - Reisverslag uit Rishīkesh, India van Nadia Huijzer - WaarBenJij.nu

Mother Earth, welcome my roots into your heart.

Door: Nadia Huijzer

Blijf op de hoogte en volg Nadia

13 Augustus 2017 | India, Rishīkesh

In Bikaner kwam ik er niet goed uit wat ik wilde gaan doen. Ik wilde heel graag naar Varanasi toe (een grote spiritueel-geladen stad), maar ik wist dat dit super chaotisch zou worden. Als ik heel eerlijk naar mezelf keek, voelde ik dat ik eigenlijk veel meer in een ‘zijn’-staat was dan in een ‘doe’-staat. Oké, nee, geen Varanasi dus. In plaats daarvan besloot ik ‘gewoon’ lekker terug te gaan naar de ashram in Rishikesh.

Na mijn… ‘uitdagende’ treinrit van Jalandhar naar Bikaner (zie vorige blog), had ik mezelf beloofd om gedurende deze trip niet meer met de trein te reizen.

En ja hoor, daar zat ik weer: in de trein...

Op naar Delhi deze keer. Het was een nachttrein. Jitu (de guesthouse owner) had me ervan verzekerd dat het een prima rit zou worden en dat ik vast en zeker in slaap zou vallen. Hij had gelijk: ik heb zes uur lang achter elkaar geslapen. Zo werd mijn beeld van de trein weer wat positiever. ;-)

Na deze rit begon het gedoe echter (weer)… fucking hell…

Ik dacht dus dat ik bij New Delhi Station zou aankomen, het grootste station van Delhi. Op mijn offline landkaart kwam ik erachter dat dit niet het geval bleek te zijn. Dit was een beetje irritant, want vanuit New Delhi Station had ik meteen de metro naar het vliegveld kunnen pakken. JA JA! Ik had mezelf een vlucht naar Rishikesh cadeau gedaan, hahaha :P Anyways, ik raakte aan de praat met een Indiër – dat bleek (natuurlijk) een taxi-chauffeur te zijn. Voor 600 rupees wilde hij me naar het vliegveld brengen. Dat vond ik overdreven veel geld. Dus ik vroeg aan hem of hij me naar een metrostation kon brengen vanwaar ik direct naar het vliegveld zou kunnen reizen. Voor 100 rupees wilde hij dat wel doen. Oké.

Aangekomen bij dat metrostation keek ik wat rond. Ik snapte niks van deze constructie. Waar moest ik heen? Niemand leek Engels te spreken. Ik waggelde wat rond met mijn zware tas: van links naar rechts, trap op, trap af… uiteindelijk ging ik maar gewoon in de rij staan voor een muntje. De man achter het glas kon me ook niet goed vertellen hoe ik bij het vliegveld kon komen vanaf hier. Toch kocht ik een muntje. Met dat muntje in mijn rechter hand waggelde ik weer wat rond: van links naar rechts, trap op, trap af... iedereen stuurde me met gebaren een andere kant op. Ik was verdwaald. Ik moet eerlijk toegeven dat ik op dit moment hardop in het Nederlands tegen mezelf aan het praten was, hahahaha…

Op een gegeven moment kwam ik bij een metrobaan uit. Ik zwaaide subtiel rond met mijn muntje; daar reageerde een Indiër die goed Engels sprak op. Hij vertelde me dat ik twee keer zou moeten overstappen om bij het vliegveld uit te komen. Ik nam een diepe zucht. Had ik hier zin in? Ondertussen was het al drie kwartier later. Ik moest mijn vlucht halen! Oké, fuck die metro, dacht ik toen. Taxi it is.

Dus ik liep het metrostation weer uit. Ik keek om me heen. Geen taxi’s. Weer zo’n diepe zucht. ‘Ahh, jongens, wat is dit vermoeiend,’ zei ik toen hardop, hahahha. Ik werd overladen door een menigte aan tuktuk-drivers. Maar met de snelheid van een tuktuk zou ik mijn vlucht nooit halen. Ik vroeg naar een taxi. ‘TAXI! MISS! YES!’ riepen ze allemaal. Ja, hmm, wat moet je daar nou mee? Brengen ze je dan naar een taxi? Of vinden ze zichzelf een taxi?

Ik besloot gewoon maar zo’n tuktuk in te stappen. Nog een keer probeerde ik duidelijk te maken dat hij me naar een taxi moest brengen. Gelukkig had hij het begrepen. ;-) Ik kwam weer bij het treinstation uit waar ik oorspronkelijk was aangekomen. Hier stonden een aantal taxi’s. Zij gaven toen aan dat een ritje naar het vliegveld 800 rupees zou zijn. Haha, oh oh oh, dat was nog duurder dan het bedrag wat me op het begin was aangeboden. Oh well, het maakte me niet meer uit, zolang ik maar op tijd bij dat vliegveld zou aankomen. Ik moet eerlijk bekennen: op dit moment was ik India even zat. Ik vond het ook nog eens irritant dat de taxi-chauffeur ‘heel heilig’ een Shiva-beeldje op z’n dashboard had staan terwijl hij ontzettend ‘niet heilig’ veel teveel geld vroeg om mij naar het vliegveld te brengen. Ik zat weer wat in het Nederlands te mompelen… :P

33 minuten later stond ik op het vliegveld. Ik kreeg een glimlach op m’n gezicht van de airconditioning en het Engelssprekende personeel. Bij het inchecken bleek ik echter teveel bagage te hebben. Oeps. De vrouw achter de balie overlegde met haar baas en uiteindelijk mocht ik extra bijbetalen en alsnog al mijn bagage meenemen. Ondertussen begon ik me af te vragen of ik die vlucht überhaupt wel moest nemen. Dit leek weer een teken te zijn dat er iets mis was. Verder was er nergens water te koop en waren alle toiletten buiten gebruik. Dit was één grote grap?! Echt jongens, ik hou van India, maar DELHI?!

Toch stapte ik dat vliegtuig in. Het voelde al lang geleden dat Kim en ik hier een aantal weken geleden samen in stapten. Na een klein uurtje landden we. Rishikesh voelde meteen als een warm welkom. Bij de taxi-chauffeurs aangekomen zei ik: ‘I’m ready to pay 800 rp to bring me to Tapovan :-)’. Daarop zei een chauffeur toen: ‘Only 700 rp, miss :-)’. Ik was Delhi weer uit. Olé.

Zo, ik besef me net dat ik een heel A4 over mijn reis van Bikaner naar Rishikesh heb geschreven, hahha. Oeps.

In Rishikesh heb ik – voordat ik naar de ashram ging – eerst een nachtje in een hostel geslapen. Dan had ik even de tijd om m’n blog te schrijven voor een dagje. Bij het inchecken zag ik een advertentie hangen: voor 1110 EUR werd er een TUKTUK aangeboden! Hahahaha! Hoe vet is dat? Met een tuktuk India doorreizen!!!!! Ik heb het gevoel dat zoiets er wel aan zit te komen in de toekomst… :P

De volgende ochtend stond ik om 4:45 op zodat ik met het ochtendprogramma bij de ashram kon meedoen. Het bleek er lekker rustig te zijn, ik telde slechts 16 hoofden. Wat waren er veel mannen? Zes vrouwen, tien mannen. Jesper (een Deen) en Anne (een Française) bleken er ook nog steeds te zijn! YES! Ah, het was zo fijn om weer met yoga bezig te zijn. Ik had, los van een aantal korte meditaties, een week lang op non-actief gestaan, haha. De receptie had mij de meest luxe kamer van de hele ashram gegeven! Hallelujah! Dit was de voormalige kamer van Raph en Max. De kamer had een heel hoog plafond, in de badkamer was de douche afgescheiden d.m.v. een glazen wand, én er was warm water. :-) Ik legde m’n kleding netjes in de inbouwkast en zette m’n altaartje naast m’n bed op: m’n nieuwe Shiva-beeldje, een mandala, m’n pendel, wierook, m’n mala, edelstenen, een Ganesha kaart, Navapasanam producten, m’n dagboek en een leesboek. Hier word ik dus echt gelukkig van. Ik maakte de kamer schoon met wat wierook en keek daarna tevreden om me heen. Dit was de fijnste kamer ooit.

Een dagje later ging ik op pad naar het Ayurveda-centrum van Madhav. Hij had me uitgenodigd voor een consult bij de senior arts. Weten jullie nog wat Ayurveda is? Letterlijk vertaald is het ‘science of life’. Als je aan een willekeurige Indiër vraagt waar Ayurveda vandaan komt zal hij/zij antwoorden: ‘from the Gods’. Binnen deze wetenschap worden er drie dosha’s (of constituties) onderscheiden: Vata (lucht), Pitta (vuur) en Kapha (aarde). Indien deze niet gebalanceerd zijn zal er ziekte ontstaan in het fysieke en/of mentale lichaam.

De arts waarmee ik een explorerend consult had was een echte kenner. Hij was zo’n 80 jaar oud en het enige wat hij nodig had was mijn pols. Mijn hartslag zou hem alles vertellen over 1) mijn overheersende dosha’s, en 2) mijn fysieke en mentale gezondheid. Na een minuut liet hij mijn pols weer los; er ontstond een kleine glimlach op zijn gezicht. ‘Pitta 58-59%, Vata 39-40%,’ zei hij. Oké? Hij had me feilloos door. Gedurende een gesprek van zo’n 20 minuten legde hij me kraakhelder uit waar ik momenteel tegenaan loop.

Hij raadde me een panchakarma van 7 dagen aan – dat is een soort detox-programma wat hier in India heel populair is. Ik was niet van plan om dit programma daadwerkelijk te volgen. Toch was het supercool om deze informatie gekregen te hebben. Het is allemaal zo LOGISCH. Als je teveel vuur in jezelf hebt moet je koele voeding tot je nemen en niet te kruidig eten. Als je teveel lucht in jezelf hebt moet je wat meer olie en noten eten zodat je wat meer aardt. En als je teveel aarde in jezelf hebt is het aan te raden om juist wat luchtiger te eten en kleine porties tot je te nemen. (Dit zijn enkel een paar voorbeelden.) Iedere constitutie heeft iets anders nodig! Het is allemaal zo logisch. Na het consult bedankte ik de arts en nuttigde ik m’n ontbijt samen met Rana (de collega van Madhav): een bakje havermout en een bakje papaya. Simpel en voedzaam!

Geloof het of niet, maar die avond werd ik plotseling ziek. Nou, eigenlijk niet geheel plotseling. Die middag had ik me al een beetje slap gevoeld tijdens de yogales. Anyways, nu begon mijn hoofd te exploderen, ik kreeg buikpijn, en ik voelde m’n temperatuur oplopen. Dit zou een plezierige nacht gaan worden…

Binnen een uur escaleerde m’n gezondheid. M’n temperatuur fluctueerde dermate dat ik het gevoel had dat ik op het ene moment in Siberië lag en op het andere moment in de woestijn rondom Bikaner. Soms had ik het zo koud dat ik aan het klappertanden was (zelfs met lagen kleding aan en twee lakens om me heen). Als een spook ben ik uiteindelijk naar buiten gewandeld om de security om een deken te vragen. Ik kon hem niet vinden. De trap oplopen leek een te grote opgave te zijn. Dus als een spook liep ik weer terug naar mijn kamer. Mijn spieren waren spastisch(!) en mijn hartslag ging zo’n 130 keer per minuut. Toen moest ik ineens heel snel naar de wc toe rennen. Alles wilde er vanaf dat moment aan beide kanten uit – om het maar even zo netjes mogelijk te beschrijven. Even later lag ik weer in mijn bed. Ik deed mijn vliegmasker op zodat de kleine lichtjes van buiten niet meer door mijn oogleden heen zouden komen. Maar zelfs dat vliegmasker gaf teveel druk op m’n hoofd.

Nou, uiteindelijk viel ik toch in slaap. Een uur later werd ik weer wakker. Ik lag werkelijk te baaaaaaden(!!!) in het zweet. Ik was aan het ijlen. Ik stelde mezelf vragen als: ‘Ben ik hier? Ben ik een lichaam?’ maar ook ontving ik ‘berichten’ van mijn ‘I’: ‘I know I heard me’ hoorde ik bijvoorbeeld. Ik heb compleet liggen trippen, hahha. Het enige wat ik kon doen was mezelf eraan overgeven. Die nacht heb ik nog een aantal keer in Siberië gelegen en een aantal keer in de woestijn van Bikaner. Tussendoor was ik af en toe sterk genoeg om mezelf onder de koude/warme douche te zetten. Eerlijk gezegd was dit allemaal heel interessant om mee te maken. Ik ben eigenlijk zo’n beetje nooit ziek. De laatste keer dat ik zo ziek was was in Cambodja (2,5 jaar geleden). Toen was m’n observatievermogen significant lager dan nu.

De volgende ochtend kwam Anne met haar rugzak naar binnen zeulen. Ze zou vanaf nu mijn kamergenoot zijn voor 1,5 week. Niemand had op dit moment mijn kamergenoot mogen zijn behalve Anne. Wat was ik dolgelukkig om haar te zien. Anne voelt net als Kim als mijn grote zus aan. Ze ontfermde zich meteen over me. Ze zette de Medicine Buddha Mantra aan, kocht gember, limoenen en honing voor me en zorgde voor ayurvedische kruidensiropen en van die dehydration zakjes. Dat was lief.

Ik vond het geniaal dat ik precies op dat moment ziek was geworden: nét na het consult met de ayurvedische dokter. Dat kán toch geen toeval zijn? Ik besefte me goed dat dit een kans voor me was om mijn Vata en Pitta heel bewust te balanceren. Ik heb me compleet neergelegd bij het feit dat ik nu geen yoga kon doen en dat ik de hele dag op mijn bed moest blijven liggen. Op hele vriendelijke wijze heb ik contact gemaakt met het universum en heb ik mezelf d.m.v. energieballen weer wat meer op kracht gebracht. Ik heb liters water gedronken en niks gegeten.

De tweede nacht ging al een stuk beter. Vlak voordat ik ging slapen heb ik gemediteerd met de Navapasanam (zie vorige blog) en daardoor heb ik van 23:00-5:00 kunnen slapen. De volgende dag, na 40 gevast te hebben, at ik voorzichtig een banaan. Hoewel ik nog steeds geen hongergevoel had, gaf m’n pendel aan dat ik wel wat kon gebruiken. De dagen erna heb ik ook zowat niks gegeten. Maar dat was oké.

Toen ik me op een ochtend weer redelijk voelde, gaf Anne aan dat ze me een reiki-behandeling wilde geven. Voor iedereen die niet weet wat reiki is: het is een heling waarbij de behandelaar gebruikmaakt van kosmische energie en deze als het ware doorstroomt richting een ander. Om een lang verhaal kort te maken: ze heeft uiteindelijk letterlijk twee minuten reiki gegeven. Ze voelde aan dat er – in plaats van reiki – iets anders nodig was op dat moment. Anne is een sjamaan en zo is ze dus ook te werk gegaan. Het is een hele emotionele behandeling geweest; een hele diepe heling. Ze heeft me als het ware meegenomen op een innerlijke reis. Achteraf hadden we een waardevol gesprek met elkaar. Zij snapt mij en ik snap haar. Volgens Anne ben ik een ‘lightworker’ en een ‘crystal kid’ of zoiets. Dat moet ik allebei nog googlen. Wat ik wel heb onthouden is dat ze zei dat ik een sjamaan ben geweest in een vorig leven!!!!! Dat zou wel verklaren waarom ik als kind in de jungle wilde wonen en ik al op jonge leeftijd vegetariër werd. Nog steeds heb ik een diep verlangen om in de jungle te wonen, omringd door lianen en percussiemuziek.

Op een van de laatste dagen voelde ik me gelukkig weer fit genoeg om naar de markt te gaan: ik moest nog mala’s kopen voor Namaste! :-) Rosy en Anne gingen mee. Ik wist precies bij welk winkeltje we moesten zijn. Haha, hier hebben we twee uur lang doorgebracht met elkaar! Terwijl ik met zorg tien mooie mala’s aan het uitkiezen was, lieten Rosy en Anne hun blik langs alle sieraden glijden. Zij kochten oorbellen, ringen, armbanden, etc. etc. In die winkel ga je simpelweg niet weg zonder iets gekocht te hebben. :P

Die avond was het volle maan. Ik, Rosy en Anne zouden een heksenritueel gaan uitvoeren op het dakterras van de ashram. We deelden sterke heksenenergie met elkaar en de volle maan versterkt deze krachten. Helaas regende het echt weer als een gek, dus we lieten ons plan los. In plaats daarvan gingen we Lion kijken op Anne’s laptop! Lieve allemaal, als je Lion nog niet gezien hebt: ga ’m kijken. De film speelt voor een deel in India af en voor een deel in Australië. Een heel intrigerend (waargebeurd) verhaal.

De volgende dag ging ik samen met Anne weer terug naar de sieradenman. :P Anne wilde haar kapotte mala-ketting (die ze ooit in Indonesië had gekocht) bij hem brengen zodat ’ie gemaakt kon worden. Hij liet weten dat de mala geen goede energie had en dat ze de stenen moest doneren aan Ma Ganga (de rivier de Ganges). De amethisten waren van zeer lage kwaliteit en de tulsi’s (houten kraaltjes) mogen enkel gedragen worden door mensen die 1) geen alcohol drinken, 2) vegetariër zijn, en 3) geen ui en knoflook eten. Daar voldeed Anne niet aan. De mala had zelf ook al aangegeven dat ’ie niet bij Anne thuishoorde: hij was al twee keer ZOMAAR (!) gebroken.

We raakten wederom aan de praat met de sieradenman. Hij bleek – behalve kennis van edelstenen – ook kennis van handlezen te hebben. Hij pakte mijn hand en begon me te analyseren. DIT IS DUS INDIA, HÈ!!? Winkeliers zijn niet zomaar winkeliers. Winkeliers weten shit! Ze weten over chakra’s, over energie, over handlezen, astrologie, yoga, blablabla. I love India. Ik moet eerlijk zeggen dat mijn bezoek aan de astroloog (zie vorige blog) en mijn bezoek aan deze man ervoor gezorgd hebben dat mijn overtuigingen op losse schroeven staan. Ik geloofde niet in ‘het lot’. Ik geloofde lange tijd dat onze toekomst gevormd wordt door onze karma’s uit het verleden plus onze huidige keuzes. Maar ik ‘moet’ er nu aan gaan geloven dat het allemaal al vaststaat?! Het is ongelooflijk wat deze man me nu weer verteld heeft namelijk.

Nadat hij mijn handen had gelezen pakte hij Anne’s handen erbij. Zij hoorde ‘dat haar zon erg laag staat’ en dat ze daar iets aan moet veranderen. Hoe? Bereid je voor. Ze moet iedere week, op een woensdag of een zondag, een bos groene groenten kopen, en deze vervolgens aan een KOE geven. Zo zal haar zon sterker worden, waardoor haar energiepeil zal toenemen. HHAHAHAHAAHA!!!!! Ik moet hier nog steeds zo hard om lachen. Ondertussen heb ik trouwens een foto van Anne ontvangen waarop ze een bos spinazie aan een koe aan het voeden is. ;-) Ik vind Anne zo waanzinnig. Ze is bezig met spirituele praktijken, maar ze is tegelijkertijd simpel en geaard. Ze is heel waakzaam dat ze geen spiritueel ego ontwikkelt. Dat is een groot risico in deze wereld. Voor je het doorhebt doe je een spiritueel (ego) jasje aan. En dat terwijl je je jasjes eigenlijk uit wilt trekken natuurlijk.

Uiteindelijk was de laatste avond toch echt aangebroken. Het avondeten was lekker. Heb ik jullie al verteld dat we altijd ‘bidden’ voordat we het eten tot ons nemen? Met elkaar zingen we de volgende tekst:

Brahmārpañam Brahma Havir

BrahmāgnauBrahmañāhutaṃ
Brahmaiva Tena Gantavyam
BrahmakarmāSamādhinah

Een Indiër waarmee ik in de ashram goed contact had gekregen vertaalde het voor me. Het komt erop neer dat we zingen dat de serveerder van het eten God is, dat degene die het eten opeet God is, dat de maaltijd zélf God is, en dat het proces van het eten óók God is. Alles is God. Doordat we een moment nemen om deze mantra met elkaar te zingen ontstaan er goede vibraties waardoor het eten beter tot ons genomen kan worden. Ik merk dat ik eigenlijk niet meer graag een maaltijd nuttig zonder dat ik deze mantra even zing (of het nu hardop of in mezelf is).

Na het avondeten was het tijd voor de allerlaatste kirtan! Manu (het neefje van de Guru) voelde zich niet zo lekker dus hij vroeg of ik de hele kirtan wilde leiden (op het harmonium). Wha! Euhm, jawel! Ondertussen voelde ik me daar wel zeker bij. :-) Ik denk dat de groep uit zo’n 25 man bestond. Ik begon met Jai Ma (slow), en daarna zongen we Hare Krishna (mid) en Shiva Shambo (fast). De sfeer was goed! De energie lag hoog! Iedereen zong mee en speelde wat mee op een tamboerijn of drum of zoiets. Om iedereen vervolgens weer wat te laten kalmeren eindigde ik deze kirtan met Shivoham – een hele langzame versie. ‘Shivoham’ betekent letterlijk ‘ik ben Shiva’ of ‘ik ben puur bewustzijn’. Ik ben niet mijn geest, ik ben niet mijn vijf zintuigen, ik ben niet de aarde, niet het vuur, niet de wind. Ik ben oneindige gelukzaligheid, liefde en bewustzijn.

Deze mantra ligt het dichtste bij mijn hart van alle mantra’s. In Lisse, waar ik zelf yogales volg, lopen de tranen standaard over mijn wangen als mijn leraar deze mantra speelt en zingt. En nu, nu ik hier in mijn meest geliefde land aan het spelen en zingen was, met deze mooie mensen om me heen, kwam de diepe betekenis weer zo binnen. Ik durf dit keer zelfs zonder gêne te zeggen dat het mooi was. Het was mooi omdat het vanuit mijn diepste gevoel kwam. Op een gegeven moment deed ik mijn ogen eventjes open. Ik zag wat de muziek met de groep deed: iedereen had zijn of haar ogen dicht en ik zag tranen over een aantal wangen rollen. Dat is wat Shivoham doet. Shivoham is magisch.

Na de laatste noten liet ik een stilte vallen. Even een moment voor de groep om diep naar binnen te gaan. Na deze stilte zetten we onze handpalmen voor ons hart tegen elkaar aan. Namaste. Even later stonden een aantal mensen heel rustig op. Ze liepen naar me toe en bogen(!) letterlijk voor me. Ik wist niet wat me overkwam. Maar achteraf begon ik het wel te begrijpen – door het boek over Muziek dat ik van Raphael had gekregen. De perfecte noten zijn niet nodig zolang er met puur gevoel en pure soul gespeeld en gezongen wordt. Op die manier komt het dan alsnog aan, ook als de techniek helemaal niet perfect is. Ah, ik wou dat het in Nederland meer gangbaar was om met elkaar muziek te maken. :-) Het verenigt.

Toen was het tijd om mijn tas te pakken: twee uur later zou mijn taxi naar Delhi vertrekken (een rit van zeven uur, hahaha). Ik gaf Manu en m’n drie yogaleraren een hele dikke knuffel. Het was weer zo’n warm bad geweest. En ik had weer zóveel geleerd. Vlak voordat ik wegging gaf Anne me een Ganesha beeldje. Ganesha staat voor het overwinnen van obstakels. Nu voelt mijn altaartje behoorlijk compleet. :-) Ik heb Shiva, Krishna, Rama en Ganesha. (Toen ik laatst thuiskwam had ik het gevoel dat ik een kerststalletje aan het uitpakken was: al die kranten om die beeldjes heen. :P)

Ik HOU ervan om weg te zijn van Nederland. Niet zozeer omdat ik Nederland onprettig vind of zoiets, maar… het zet zóveel in perspectief. Ik HOU er bijvoorbeeld van hoe alle normen en waarden in mijzelf op losse schroeven gezet worden. (Oók normen en waarden zijn uiteindelijk geen waarheid natuurlijk.) Verder kan ik ervan genieten dat de meeste reizigers en Indiërs niet zo snel gek opkijken van bepaalde uitspraken of bepaalde gedragingen. Kijk, in Nederland zou ik bijvoorbeeld heel graag zonder schoenen in kleermakerszit in een restaurant gaan zitten. Maar eigenlijk ‘kan’ dat niet hier. In India kan je veel meer ‘maken’. Je kunt zelfs met z’n zessen op een scooter gaan rijden en dan wordt er alsnog niet gek opgekeken. Er wordt in India minder ‘moeilijk’ gedaan over dingen en er wordt minder veroordeelt. Het komt erop neer dat niet iedereen constant een mening over van alles heeft. Daar hou ik zoveel van. Daar word ik heel gelukkig van.

Deze reis is heel anders gelopen dan ik van tevoren had gedacht. Ergens in mijn hoofd had ik het plan gevat om een 10-daagse kamelentocht te maken, om een 10-daagse wandeltocht door de Himalayas te maken, en om Varanasi te bezoeken (die drukke, spiritueel-geladen stad). Het is allemaal veel minder indrukwekkend geworden, hahha. Ik heb welgeteld één dag op een kameel gereden, ik heb drie wandelingen gemaakt en ik ben niet naar Varanasi geweest.

In plaats daarvan heb ik me (natuurlijkerwijs) meer gefocust op persoonlijke groei. Van alle reizen die ik heb gemaakt, is deze reis de meest voedende reis geweest – op zowel fysiek, mentaal als spiritueel vlak. Op fysiek vlak heb ik vier weken lang twee keer per dag yogales gevolgd én heb ik zowat iedere nacht minstens zeven uur geslapen. Daarnaast heb ik allerlei wandelingen in de natuur gemaakt en heb ik gezond en organic gegeten. Daarbij wil ik benoemen dat we behalve het nuttigen van ‘organic’ voeding ook zélf ‘organic’ kunnen zijn! We lijken het contact met onze ware natuur compleet vergeten te zijn. We leven een beetje als… producten van de maatschappij. Dus, misschien leuk om hier eens over na te denken: hoe was jij als kind? Waarschijnlijk raakte je dingen aan, was je enthousiast, was je speels, was je spontaan, was je nieuwsgierig… leeft dit nog voor je?

Oké, volgende punt. Op mentaal vlak ben ik veel sterker geworden in de keuzes die ik maak en heb ik nieuwe verbindingen gemaakt met een stel bijzondere mensen (Raphael, Jo, Dan, Miiska, Macca, Georgie, Anne en Rosy). Mijn geliefde Kim hoort daar natuurlijk ook bij maar die verbinding bestond natuurlijk al. Op spiritueel vlak heeft er heling plaatsgevonden. Ik heb shit uit dit leven en shit uit vorige levens veel meer kunnen loslaten. Allerlei mensen, lessen en leringen hebben me daarbij geholpen. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de astroloog, de Siddha Kundalini healing, de yogalessen, de rooftop sessies, allerlei gesprekken, de tantraleer, het consult bij de ayurvedische dokter, de massage, en de sjamanistische behandeling van Anne. Het komt erop neer dat ik weer veel meer in contact ben gekomen met de aarde en mijn huidige lichaam. En ik ben ervan overtuigd dat ik vanuit deze positie pas echt de verbinding kan aangaan met het Goddelijke.

> Mother Earth, welcome my roots into your heart.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Nadia

Actief sinds 28 Juni 2014
Verslag gelezen: 18343
Totaal aantal bezoekers 38191

Voorgaande reizen:

30 Juni 2014 - 30 Juni 2015

Wereldreis

Landen bezocht: